Op dieet gaan: de grote valkuil bij vermageren

Op dieet gaan: de grote valkuil bij vermageren.

Op dieet gaan houdt voor de meeste mensen in dat ze zichzelf een streng en strikt dieet opleggen om te vermageren.
Opeens een enorme ommezwaai, een restrictieve houding. Hier een paar voorbeelden van volgende gekende uitspraken: vanaf morgen ga ik op dieet, maandag start ik, ik heb nog eens goed gegeten want vanaf morgen is het gedaan.
Vanaf dat moment gaat men enerzijds vastleggen wat er moet gegeten worden en/of alleen nog mag gegeten worden.
Zo ontstaat een strikte afgebakende groep beperkt toegestane voedingsmiddelen en gerechten.
Bovendien gaan velen plots voluit op de rem staan door weinig te eten, de hoeveelheden drastisch te verminderen.
Deze beperking waar men zich moet aan houden is niet leuk en dus een negatief gegeven.

Anderzijds gaat men er van uit dat een grote hoop voedingsmiddelen en gerechten vanaf dan niet meer (totaal niet meer) zouden mogen gegeten worden bijv. geen koekjes, chocolade, frietjes, enz. meer. Zo ontstaat er een groep verboden voedingsmiddelen. Dat is ook geen leuk vooruitzicht en dus ook een negatieve factor.

Dit komt meestal neer op een duidelijke opsplitsing van 100% (dit moet je vanaf nu eten/ dit mag je vanaf nu alleen maar eten) en 0% (dit mag je vanaf nu absoluut niet meer eten). Alleen maar de keuze tussen twee uitersten. Er is geen middenweg.
Ik benoem dit gegeven dikwijls “alles of niet”.

Laten we deze twee gegevens eens van naderbij bekijken.

De beperking van voedingsmiddelen.

Een strenge beperking, waarbij men zich te veel voedingsmiddelen (onnodig) ontzegd, is eentonig, saai, niet leuk en negatief en zal op lange termijn moeilijk volgehouden kunnen worden. Opgeven en alles laten schieten loert dan om de hoek met als gevolg dat je snel vervalt in je oude eetgewoonten.

Beperkingen leiden bovendien dikwijls tot moeilijke situaties nl. niet mee eten met de andere gezinsleden, afzonderlijke kookpotjes, zich lekkere en leuke dingen ontzeggen, altijd hetzelfde eten, enz.

De verboden voedingsmiddelen.

Wanneer men aanneemt dat bepaalde voedingsmiddelen helemaal niet meer zouden mogen gegeten worden, dan ontstaat er een groep verboden voedingsmiddelen.
Als we dan toch eens iets lekker (bijv. een koek) willen eten, dan zondigen we tegen de door onszelf opgelegde regels.
Eens iets lekker eten (bijv. een koek) kan niet toegestaan worden. Het gevolg hiervan is dat dit opgelegde totaalverbod alleen maar kan overtreden worden, men zondigt, men doet iets wat niet hoort, men gaat in de fout. Een ervaring van falen en mislukken ontstaat en schuldgevoelens steken de kop op. Een zeer negatieve ervaring.
Hier zijn een aantal gekende uitspraken: ik heb er mij niet kunnen aan houden, ik heb mijn dieet niet kunnen volgen, ik heb gezondigd, ik kon niet anders als zeuren, ik heb mij laten gaan, enz.
Deze uitspraken illustreren dat een dieetregel/eetregel overtreden is.
Om dit negatieve gevoel enigszins te verzachten kan men niet anders dan excuses en drogredenen bedenken. Bijvoorbeeld: eentje kan geen kwaad, voor één keer, vandaag is mijn dag toch al om zeep, foert, morgen zal ik weer opletten.
We herkennen dit allemaal wel. Bijvoorbeeld we worden tegen gehouden door de politie omdat we te snel reden en onmiddellijk bedenken we een excuus: ik was even niet aan het opletten, ik rij anders nooit te snel, ik was gehaast, ik heb geen verkeersbord gezien, mag je hier maar zo snel rijden, dat wist ik niet. Excuses bedenken om weg te gaan van een negatieve ervaring of negatief gevoel is een natuurlijke neiging; immers onaangename dingen in het leven vermijden we liever.

Het gevolg is wel dat excuses en drogredenen een eigen leven gaan leiden en het eetgedrag sterk gaan bepalen. Meestal bevorderen ze geen goede eetgewoonten; integendeel het worden grote boycotters. Het kan een negatieve weerslag hebben op het zelfbeeld, het zelfvertrouwen en geloof in eigen kunnen.

Het is belangrijk om in te zien dat deze dieethouding (enerzijds strikte beperking – anderzijds verboden voedingsmiddelen) niet realistisch en niet haalbaar is, zeker niet op lange termijn. Om dit duidelijk te maken stel ik dikwijls het volgende voor aan mijn cliënten.
Stel de volgende vraag maar eens aan je beste vriend of een willekeurig iemand:” Vanaf morgen mag je gedurende een aantal maanden absoluut geen frieten, chips, koeken, chocolade, snoepjes, enz. meer eten en mag je geen alcohol, frisdrank meer drinken “Doe je mee? Gegarandeerd zegt die persoon: neen bedankt, daar doe ik niet aan mee.

MAAR dit is wel wat men van zichzelf verwacht. Dit zijn wel de regels waaraan men moet voldoen.

Eén grote valkuil waar men zo invalt want NIEMAND kan aan dit verwachtingspatroon voldoen. Men kan deze doelstelling, deze voedingshouding niet realiseren. Men kan niet anders dan mislukken, falen.
Dit is wat veel mensen al ervaren hebben.
Het falen of niet lukken wijten ze dan dikwijls aan het gebrek aan wilskracht, geen of te weinig karakter hebben. Onzin natuurlijk, daar heeft het niets mee te maken. Het heeft alles te maken met het zich opleggen van onrealistische en niet haalbare doelen.

Gevolgen

Het gevolg is dikwijls dat er een houding ontstaat van enerzijds “nu ben ik aan het diëten” en dus “let ik nu op” en anderzijds “nu ben ik niet aan het diëten” en “dus doe ik maar aan en let ik helemaal niet op”. Zo ontstaan episodes van afvallen en weer bijkomen; het alom gekende jojo-effect.

Opeenvolgende ervaring van niet lukken, falen, maken het opnieuw aanpakken van vermageren moeilijker. Weer moeten kiezen voor de beperking, weer zich niets mogen permitteren is geen prettig vooruitzicht en wordt uitgesteld.

Wat ik steeds opnieuw vaststel is dat het opmerkelijk is dat de doelstelling die men zichzelf oplegt helemaal niet in vraag wordt gesteld. Dit patroon herhaalt zich soms meermaals, zonder dat eruit geleerd wordt.

Hoe moet het dan wel.

Dus beter geen streng dieet, geen crashdiëten. Zelden of nooit leiden ze tot blijvend gewichtsverlies.

Realistische en haalbare doelen stellen. Een gezonde, evenwichtige en lekkere voeding uitbouwen, daar komt het op neer. Een geleidelijke omschakeling van de “foute” eetgewoonten naar “goede” eetgewoonten.

Een voeding waarin alles mag gegeten worden, waar geen verboden voedingsmiddelen bestaan maar waar men leert alles in een goed evenwicht te brengen.

Ik tracht een voedingsplan op te stellen dat voor lange tijd haalbaar is in samenspraak met de client

Bij vermageren zal men uiteraard eerder kiezen voor gezonde (caloriearme) voedingsmiddelen en gerechten (70 % van de totale voeding), maar ook ruime laten voor de ongezonde (calorierijkere) voedingsmiddelen (30% van de totale voeding).
Dus alles kan en mag gegeten worden in een juiste uitbalancering. Leren geven en nemen, leren schipperen met je voeding in alle omstandigheden.

 

Wil je begeleiding bij vermageren neem gerust telefonisch contact(tel. 09/355.63.01 of gsm 0474/60.97.25) of contacteer mij via contactformulier op de website.

Je kan rekenen op een goede begeleiding en juiste bijsturing van je eetgewoonten.

Wil je nagaan of jij wel gezond eet: geniet dan van het lanceringsaanbod.

One Reply to “Op dieet gaan: de grote valkuil bij vermageren”

  1. Heel veel goede informatie staat in alle rubrieken, top gedaan

Geef een antwoord

Your email address will not be published.

You may use these <abbr title="HyperText Markup Language">HTML</abbr> tags and attributes: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>

*